Wankant of waan (verder wankant genoemd) is het schuine gedeelte van een plank waar in een boomstam wordt gezaagd. Er ontstaat dan plaathout. Dat buitenste gedeelte bevat spint en schors en wordt er afgezaagd zodat je gekantrecht hout overhoudt. In balken, planken en latten noemt men dit ook wankant of waan. Dit ontstaat doordat de zaag de stam niet overal goed raakt. Deze term wordt al heel lang gebruikt en een definitie uit 1899 zegt het volgende: “Wankant, (bouwk.), tegenstelling met meskant wordt de naam van wankant gegeven aan hout, timmerhout, balken, ribben, planken, enz., dat geen zuivere rechthoeken in doorsnede aanbiedt (1) “. Bij wankant zie je schors of ruwhout. Figuur 1 toont een voorbeeld.
Figuur 1: een voorbeeld van wankant bij een balk.
Is wankant een gebrek?
Dat hangt van de toepassing af. Bij zwaar eiken balkhout is binnen bepaalde grenzen wankant toegestaan. Bij laag waardig hout voor pallets ook. Anders ligt het bij bekantrecht eiken van hoge kwaliteit (eiken weinig noesten). Hierbij is dit kenmerk niet toegestaan.
Wankant bij geschaafd Amerikaans noten
In het sorteringssysteem van Amerikaanse zaaghout wordt wankant of waan als een toegestaan gebrek gezien. Daarom is bij onze geschaafde Amerikaans noten planken soms wankant of waan aanwezig. We proberen het aandeel wel te beperken omdat het soms niet handig is bij verdere verwerking maar toch kan er altijd wankant of waan aanwezig zijn (zie foto 1).
Foto 1: voorbeeld van wankant of waan bij Amerikaans noten. Dit betreft de onderkant oftewel de slechte zijde van de plank.
Heb je vragen over wankant of waan? Neem contact met ons op.
Gebruikte bron:
T.H. de Beer en E. Laurillard, 1899. Woordenschat, verklaring van woorden en uitdrukkingen; Editie Ewoud Sanders, (1993), 4025.